In Den Haag wordt in de Binckhorst al bijna twee decennia gewerkt aan een van de grootste gebiedsontwikkelingen van Nederland. Daarbij ging men van het oorspronkelijk masterplandenken, waarbij veel door de overheid werd opgelegd, naar de uitnodigingsplanologie, waarbij de markt veel ruimte kreeg. Inmiddels lijkt er een balans tussen deze twee werelden te ontstaan, waarbij de gemeente weer meer de regie pakt.
Gemeente Den Haag pakt in de Binckhorst deels de regie terug

De Binckhorst was ooit een industrie- en bedrijventerrein naast het centrum van Den Haag. In 2010, tijdens haar studie stedenbouw, maakte Charlotte Cammelbeeck (zie onder) voor het eerst kennis met het gebied. “Een van mijn eerste opdrachten was: maak een deelplan voor de Binckhorst. In 2006-2007 had OMA al een masterplan voor het gebied opgesteld, waarbij het zou worden getransformeerd tot een vrij grote woonwijk met een park in het midden. Zo’n masterplan stamde nog uit het ‘oude denken’, waarbij woonwijkjes helemaal werden uitgetekend.”
- Binckhorst
De Binckhorst is een wijk van ongeveer 125 hectare aan de zuidoostkant van het centrum van Den Haag. De Binckhorst maakt deel uit van stadsdeel Laak en is genoemd naar kasteel de Binckhorst. Het was ooit een locatie met industrie, vuilnisoverslag, enkele woningen en veel kantoren. Diverse spoorlijnen en de A12 grenzen aan de uit vier wijken bestaande Binckhorst. In de eerste transformatie (tot 2030) gaat het om 5000 woningen, 80.000 vierkante meter bedrijvigheid en een park. In totaal betreft de gebiedsontwikkeling 15.000 woningen, de bijbehorende banen en een groot stadspark voor heel Den Haag.
Uitnodigingsplanologie
De economische crisis van 2008 veranderde dit denken. Grote investeerders haakten af en de masterplanaanpak was niet langer haalbaar. Cammelbeeck: “Er is toen besloten dat de Binckhorst een pilot zou gaan worden voor de nieuwe Omgevingswet. Daarbij werd de oorspronkelijke PPS-constructie losgelaten. Het masterplandenken werd uitnodigingsplanologie. We gingen opnieuw naar de tekentafel en stelden als gemeente op hoofdlijnen regels vast, zoals hoeveel woningen we wilden realiseren - 5.000 - en hoeveel bedrijvigheid we daarbij wilden.
Vervolgens moest de markt, zonder dictaat van bovenaf, op basis van lichte kaders en denkrichtingen het werk doen. En dat vanuit de overweging dat de markt het waarschijnlijk het beste weet en daarom ook bepaalde waar iets ontwikkeld werd. Dit uitgangspunt betekende eveneens meer samenwerking: ieder plan moest in samenwerking met de gemeente tot stand komen, waarbij het vervolgens getoetst werd door een omgevingsteam.”
Regie kwijt
De nieuwe aanpak, met het initiatief meer bij de markt, bracht het risico dat de gemeente de regie kwijtraakte. “De schoen begint daar te wringen, omdat gebiedsontwikkeling heel lang duurt. Je nodigde marktpartijen uit tijdens een crisis, maar die was voorbij toen het omgevingsplan er lag. De woningmarkt was booming. Den Haag verwachtte dat er langzaam plannetjes zouden komen die de gemeente zou begeleiden, met toepassing van placemaking, zodat er een interessante wijk zou ontstaan.”
“De praktijk was echter ‘wie het eerst komt, wie het eerst maalt’. De marktpartijen wilden allemaal als eerste aan de slag gaan, zodat ze snel geld konden verdienen. Zo kreeg je op random plekken woontorens met bedrijfsruimtes en soms een enkele voorziening, maar geen wijk. De slinger sloeg echt naar de andere kant door. Het is een les die je daaruit kunt trekken: moet je alles overboord gooien of meer kijken naar een flexibele strategie die door de tijd kan meebewegen?”

“Alles wat je nu vastlegt”, vervolgt Cammelbeeck, “ook in een omgevingsplan, gaat zo’n vijf tot tien jaar mee. Na die tijd moet je nog steeds werken met de visie en redenatie die daarachter zit, terwijl we inmiddels anders aankijken tegen het regie nemen. We hebben echter niet meer, of nog maar heel beperkt, het instrumentarium om de regie terug te pakken.”
- Charlotte Cammelbeeck
Charlotte Cammelbeeck (stedenbouw TU Delft, 2013) werkte in Den Haag aan verschillende ruimtelijke projecten, waaronder als projectmanager aan Binckhorst (2018-2021). Inmiddels is ze projectdirecteur Nieuw Delft en gemeenteraadslid in Den Haag (PvdA, met gebiedsontwikkelingen als Laakhavens, Binckhorst en het Central Innovation District in haar portefeuille).
Lees nu het complete verhaal over de Binckhorst in het digitale magazine Stedebouw & Architectuur, thema Gebiedsontwikkeling. Abonnees vinden het magazine in onze Acquire-bibliotheek. Heb je nog geen abonnement? Bekijk hier onze aanbiedingen.
Tekst: Peter Bekkering
Bij het thema van dit artikel betrokken organisaties
Meer artikelen met dit thema
Gebiedsontwikkeling: mens en maatschappij te veel een niche
12 jun om 07:30 uurVrouwen domineren ons nieuwe themanummer Gebiedsontwikkeling en niet in het minst dankzij de keuze van…
‘Hoe zit het sociaal weefsel in elkaar?’
11 jun om 07:30 uur 14 min“Misschien zijn we te veel gaan leunen op techniek, ratio en economie.” Vandaar dat hoogleraar Co Verdaas, nu…
Pleinen synoniem voor publieke gezondheid
21 mei om 07:30 uur 8 minTijdens het sfeervolle, tweede Blue Zone Festival in Amersfoort - boordevol kennis en ontmoeting - stonden…
Thonik: strepen laten strategie stralen
20 mei om 07:30 uur 13 minDe ontwerpers van thonik ontwikkelen visuele identiteiten die je terugziet in uitingen als supergraphics,…
Excursie: honderden woningen binnen UNESCO Werelderfgoed
14 mei om 07:30 uur 4 minHoe bouw je honderden nieuwe woningen in een gebied dat officieel te boek staat als UNESCO Werelderfgoed? Je…
Bereken de hittestress in straten en op pleinen
13 mei om 07:30 uur 11 minVeel pleinen in Nederland zijn ingericht voor markten en evenementen en ontberen klimaatadaptieve kwaliteiten.…
Nieuw platform en magazine: Ruimte voor Bewegen
12 mei om 07:30 uur 3 minNederland beweegt nog veel te weinig en daarom groeit de roep om de openbare ruimte beweegvriendelijker te…
Reactie toevoegen