Een plan mag geen vleesgeworden Funda-advertentie worden
dinsdag 16 september 2025
timer 7 min
Lennart Arpots vervolgt de rubriek Future Architects en waarschuwt dat we door STOER weer donkere niet-geventileerde slaapkamers dreigen te gaan maken. Bovendien: “Ik ben al twee keer vanuit een gebouw van Rem Koolhaas bekogeld met eten.”
Naam: Lennart Arpots
Loopbaan: architect bij Studio AAAN, curator tentoonstellingen bij Oud House
Leeftijd: 32 jaar
Lennart Arpots (foto: Yang Bai).“Ik ben al twee keer vanuit een gebouw van Rem Koolhaas bekogeld met eten. Vanuit het Timmerhuis werden eieren naar mij gegooid en vanuit De Rotterdam tomaten. Dit heb ik nooit gehad met een gebouw van Bakema, en ook niet bij een Van Eyck. Wel wierp een bouwvallig woonhuis in Gent plots zijn boeiboord af, toen ik er langsliep. Maar dat is gewoon België, denk ik.”
Studie
“Ik heb bouwkunde gestudeerd in Eindhoven. Daar waar een tijdje geleden al die professoren zijn opgestapt, omdat het academische klimaat op die faculteit eigenlijk geen ontwerpopleiding toestaat. De alumni proberen daar nu een stok achter de deur te krijgen. Zelf heb ik het wel heel leuk gehad in Eindhoven. Daar vonden we veel vrijheid om van alles te verkennen en te proberen. We hadden ook een heel hecht groepje fanatiekelingen bij elkaar dat continu architectuur bediscussieerde. Vaak gingen die gesprekken dan over allerhande -ismes en semantiek en dan haakte ik al snel af, want als ik me ergens geen beeld bij kan vormen, verlies ik snel mijn interesse. Voor mij is taal net als een gebouw; liefst is het eenduidig en toegankelijk.”
Inspiratie
“Ik woon in de wijk Tussendijken, een Rotterdamse arbeiderswijk uit begin jaren ’20. De buurt is een grote inspiratie voor mij, omdat alles wat daar staat een samenvatting vormt van de hele geschiedenis van de volkshuisvesting in Rotterdam en Nederland; van de Woningwet en de Wederopbouw tot de Stadsvernieuwing en nu de gentrificatie. Ook heeft er ooit een gigantisch wooncomplex van J.J.P. Oud gestaan, met meer dan duizend woningen. In het laatste restant daarvan komt al die geschiedenis samen en daarin onderhoud ik samen met architect Yang Bai een kleine expositieruimte.”
Oudblok in Tussendijken.
Passie
“Ik doe nu veel in de woningbouw. Dat is toch de opgave van alle tijden. En die opgave blijft altijd interessant, want er is een bak geschiedenis aan voorafgegaan waarin er van alles is uitgevonden en ontdekt. In elke periode zijn er weer andere factoren bepalend en dan verandert de relatie tussen opdrachtgever, beleidsmaker, bouwer en ontwerper. Dat lees je af aan de gebouwen waar je dagelijks langs wandelt. In de woningbouw zijn de programma’s en uitgangspunten zo stringent dat er soms weinig eer aan te behalen valt, dan dreigt je plan een soort vleesgeworden Funda-advertentie te worden. Ik werk er dan ook graag aan vanuit zowel de ontwerpende kant als de reflecterende kant, via onderzoek en onderwijs. Anders kan ik dat niet volhouden.”
'Volgens mij ben je dan op slopershoogte'
Project
“Afgelopen juni organiseerden we een programma waarbij we steeds het woord gaven aan een jonge architect die een fascinatie had voor woningbouw. De Woonestafette noemden we dit; elke deelnemer dook in een moment uit de geschiedenis van de volkswoningbouw, haalde de in het verleden behaalde resultaten op, en spiegelde deze aan onze huidige woonopgave. Dat was ongekend interessant en leverde veel leuke reacties op, juist omdat het over echte plannen en gebouwen ging. Zo kwam na elke bijdrage een discussie op gang over de beukmaat van een woning. Zo’n essentieel ruimtelijk thema snijdt door alle disciplines heen, maar toch hoor je dat heel weinig in het diskoers over de woonopgave, ook niet onder architecten.”
Toekomst
“Wat ik zie in de huidige benadering van de woonopgave is identiek aan wat er speelde in de jaren '20 van de vorige eeuw. Toen was er enorme woningnood en werd veel van de bouwregelgeving, ontstaan uit zorgen over gezondheid en hygiëne, weer overboord gegooid. Nu nemen we het allemaal voor lief en kennen we misschien ook de geschiedenis van de bouwregelgeving niet zo goed meer. Zo wordt in het programma STOER voorgesorteerd op het schrappen van de 55 % eis. Volgens mij ben je dan op slopershoogte en kun je gewoon weer donkere niet-geventileerde slaapkamers gaan maken. In dezelfde trant is het subsidiëren van tiny houses, tijdelijke woningbouw, flexwoningen, of hoe je het ook wil noemen, funest voor de gebouwde omgeving. Het zijn allemaal manieren om regelgeving en ruimtelijke uitgangspunten te omzeilen, waarvan we als samenleving hebben besloten dat deze belangrijk zijn. Vervolgens wordt van wanhopige starters verwacht dat zij een hypotheek nemen op een woning die op termijn weer moet verdwijnen. Het zou goed zijn als we weer met gangbare planningsinstrumenten onze woningbouwproductie konden stroomlijnen.”
Reactie toevoegen