Vraag 3: Ontwerp schoolgebouw van de toekomst

maandag 4 oktober 2010
timer 6 min
De aard, intensiteit en de duur van het gebruik van schoolgebouwen zijn de afgelopen jaren sterkveranderd. En die veranderingen houden niet op; het onderwijs is uiterst dynamisch.  3. Hoe ontwerp je een schoolgebouw van de toekomst; hoe voorkom je dat het gebouw na tien jaar al verouderd is?

Harry Vedder

Door te gaan ontwerpen vanuit de levenscyclusgedachte. Een ‘incentive’ daarvoor is het

in één hand (van de beslisser) krijgen van de middelen voor investering en de middelen voor exploitatie. Zodat je op levenscyclus gewogen beslissingen kunt gaan nemen. Het wordt dan een belang van die beslisser om zijn eisen zo te stellen en zijn beslissingen zo te nemen dat het gebouw niet na tien jaar verouderd is. Daarnaast: ga contracten aan waarbij de aanbieder risicodragend partner wordt voor de instandhouding van het gebouw.

 

Gertjan van Midden

Belangrijk is het gebouw zo flexibel mogelijk te realiseren, zodat het betrekkelijk eenvoudig aan te passen is aan gewijzigde onderwijsinzichten. Zoals eerder al aangegeven gaan de normen nu uit van eenvoudige bouw, met kleine overspanningen. Dat bevordert de flexibiliteit niet; wat we nodig hebben is een zekere mate van overdimensionering.

 

Theo Kupers

Kijk ook naar de aanpasbaarheid en de rol van overmaat. Een goed hedendaags schoolgebouw moet heel simpel veranderingen kunnen opnemen. De draagconstructie moet dat niet in de weg staan. Lichte scheidingswanden kunnen vervolgens relatief eenvoudig verplaatst worden om andere indelingen te realiseren. Het komt er verder in feite op neer dat er wat betreft maatvoering niet te krap hoeft ontworpen te worden. Dat geldt vooral ook voor de vrije hoogten van ruimten. Dit past allemaal heel moeilijk in de gangbare budgetten die uitgaan van minimale maten, hoogte en oppervlakten. Ik verwacht van de architect dat het gebouw ‘interessant’ is: “Niet alleen van buitenaf gezien, maar ook van binnen uit, qua interieur, door een goed doordachte routing en een organisatiestructuur, waar ook is nagedacht over het daglicht, goede zichtlijnen en een aangename ruimtelijke beleving.

 

Louk Heijnders

In de eerste plaats moet de vraag worden gesteld: blijft dit gebouw gedurende de levensduur een schoolgebouw of krijgt het nog andere functies, en zo ja welke? Indien het een schoolgebouw blijft, moet worden gekeken welke onderwijsvormen zijn te onderscheiden. Het gebouw moet zodanig worden ontworpen dat met kleine aanpassingen de wisselende vormen kunnen worden gefaciliteerd. Indien een gebouw ook in de toekomst andere functies moet hebben, moet worden gekeken welke eisen deze functies stellen aan constructie en logistiek van het gebouw. Het gebouw moet zodanig worden ontworpen dat stedenbouwkundige opzet, hoofdopzet en dragen deze verschillende functies aankunnen. Dit alles betekent dat tijdens definitiefase gedacht moet worden in scenario’s waarbij mogelijke ontwikkelingen worden verkend. Er moet dus veel scherper worden bepaald welke onderdelen van gebouw lang meemoeten en welke eenvoudig en tegen lage kosten aanpasbaar moeten zijn. Een hoge technische kwaliteit van de duurzame onderdelen en ruimtelijke overmaat blijken in de praktijk vaak heel belangrijk.

 

Theo Kupers

Ik betwijfel of de opdrachtgever bereid is om in scenario’s te denken. De opdrachtgever is vooral bezig om een schoolgebouw neer te zetten, binnen het beschikbare budget. In het beste geval maakt deze opdrachtgever zich ook druk om een goed binnenklimaat en om de meerwaarde die een combinatie van gebruikers in een complex brengt. Voor wat betreft de lange termijn is de prikkel om na te denken over hergebruikscenario’s alleen aanwezig als het gaat om een aantoonbare piek in kinderaantallen.

 

Kees van Alphen

Er bestaat sowieso geen ‘schoolgebouw van de toekomst’ . De vorm, de beleving en inrichting hangen erg af van de onderwijsvisie, de functie die het gebouw heeft voor de gebruikers en positie die het gebouw moet innemen in de omgeving. Een te strikte focus op één invalshoek leidt tot een gebouw dat niet lang mee kan. Afwisseling en flexibiliteit in indelingsvormen zijn heel belangrijk voor de toekomstwaarde evenals duurzame materialen, energieneutraal en binnenklimaat. Als er onzekerheid is over de gebruiksmogelijkheden in de toekomst, moet het ontwerp een flexibele structuur bieden, die het makkelijk en goedkoop maakt om na verloop van tijd ruimtes opnieuw in te richten.

 

Roel Bosch

Onderwijs is in beweging, maar welke kant gaat het op? Een gebouw ontwerpen dat elke verandering aan kan duidt op weinig visie en kan juist beperkend werken in het werkelijke gebruik. Oplossingen met wanden die elk semester verplaatst kunnen worden, duiden mogelijk op weinig bestendige ideeën over onderwijs, en een gebouw met karakter heeft in het gebruik ook beperkingen die bij dat karakter horen. Voor de architect is het van belang om er achter te komen welke veranderingen het gebouw werkelijk op moet kunnen nemen. Een schoolbestuur moet ideeën hebben over de te verwachten veranderingen in het onderwijs, misschien niet concreet, maar wel een richting en bij voorkeur vanuit onderwijskundige en niet vanuit ruimtelijke visie. Een goede samenwerking tussen architect en opdrachtgever en een draagvlak binnen de organisatie geeft een belangrijke meerwaarde. De architect moet de kern van de onderwijskundige gedachte kunnen vertalen naar een simpel architectonisch principe. Bij een schoolgebouw met beperkte budgetten horen vaak simpele oplossingen.

Ik wil een casus aanhalen, het Insula College in Dordrecht, ontworpen door DKV. Hier gaf de gebruikerhet ruimtelijk programma van eisen mee met de opmerking dat ze niet wisten hoe de school er over vijf jaar uit zou zien, maar in elk geval niet zoals beschreven in dat programma van eisen. Uit de beschrijvingen van de mogelijke veranderingen bleek een ontwikkeling van klassikaal naar projectmatig gestuurd onderwijs. In het ontwerp werd de oplossing gevonden een goedkoop gestandaardiseerd constructiesysteem met vrije vloervelden en kolommen en een indeling die zo ontworpen is dat lokalen met inbegrip van gangen kunnen worden samengevoegd. Er is gebruik gemaakt van gewone lichte scheidingswanden zodat er een kleine verbouwing nodig is om tot een andere indeling te komen. Zo kon voor een standaard budget een hoge mate van veranderbaarheid in de toekomst worden ingebouwd.

 

Reageren op deze discussie? Mail uw reactie naar de redactie van Stedebouw & Architectuur.

 

Bekijk ook de reacties op vraag 1: Kwaliteit scholen 

Bekijk ook de reacties op vraag 2: De Programma''s van Eisen

Bekijk ook de reacties op vraag 4: PPS en contractvormen

Bekijk ook de reacties op vraag 5: Gescheiden geldstromen

Bekijk ook de reacties op vraag 6: Professionele attitude

Bekijk ook de reacties op vraag 7: Alternatieven

Reactie toevoegen

Beperkte HTML

  • Toegelaten HTML-tags: <a href hreflang> <em> <strong> <cite> <blockquote cite> <code> <ul type> <ol start type> <li> <dl> <dt> <dd> <h2 id> <h3 id> <h4 id> <h5 id> <h6 id>
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.
  • Lazy-loading is enabled for both <img> and <iframe> tags. If you want certain elements skip lazy-loading, add no-b-lazy class name.
S&A artikel